Robert Icke
Robert Icke besloot toneelschrijver en regisseur te worden nadat hij als tiener door zijn vader vanachter zijn PlayStation werd gesleurd en een voorstelling van Richard III zag met Kenneth Branagh in de titelrol. Hij wordt beschouwd als hét grote talent van het jonge Britse toneel. Van 2013 tot 2019 was hij associate director bij het Almeida in Londen, het befaamde Londense theaterhuis dat door Pierre Audi werd geleid voor hij naar Amsterdam kwam. Van 2019 tot 2022 had Robert Icke zich verbonden aan Internationaal Theater Amsterdam als Ibsen Artist in Residence. Deze nieuwe vorm van ondersteuning is in het leven geroepen door de Philip Loubser Foundation.
In seizoen 23|24 gaan zijn regies van De dokter en Judas in reprise.
C.V.
Icke debuteerde in het Almeida met een bewerking van George Orwells dystopische toekomstroman 1984 die hij transformeerde tot een ongemakkelijk stemmend, eigentijds verhaal over surveillance en gedachtenmanipulatie. In de voorbije jaren maakte hij verder naam met spraakmakende bewerkingen en regies van uiteenlopende klassieke repertoirestukken.
De Oresteia herschreef hij tot een rechtbankverhaal waarbij het publiek mocht beslissen of Orestes vrijuit zou gaan of schuldig zou worden verklaard. The Guardian schreef: ‘This is Aeschylus for the modern age, rightly leaving us to draw our own conclusions about the shaky premises on which political leaders go to war.’. Icke kreeg hiervoor in 2016 de Olivier Award voor Best Director. De voorstelling transfereerde naar West End, iets dat voor een Griekse tragedie zeer zeldzaam is.
-|-
In zijn Maria Stuart laat hij de twee actrices bij het begin van elke voorstelling erom tossen wie welke koningin zal spelen. Daarmee is het punt waar het stuk om draait meteen keihard gemaakt: Elizabeth en Maria Stuart zijn twee kanten van eenzelfde munt.
In Ickes bewerkingen valt op dat alles wat in het oorspronkelijke stuk voorkennis veronderstelt, wordt geschrapt. Hij wil vermijden dat de toeschouwer de voorstelling gaat bekijken in het licht van eerdere ervaringen met hetzelfde stuk. Pas op die manier kan het als nieuw verschijnen. Icke: ‘When you deliver a classic your primary responsability is to try and catch some of the lightning in the bottle that made it happen when it first happened. If you don’t do this I don’t really understand it. I kind of think you have to take the ball otherwise you might just do a new play.’
In zijn recentste voorstelling Hamlet borduurt hij verder op wat hij eerder deed in 1984: het kasteel Elsinore is een plek die is volgestouwd met bewakingscamera’s. De geest van Hamlets vader verschijnt op een gesloten tv-circuit. In The Guardian luidt het: ‘Hamlet himself eavesdrops on Claudius and Gertrude’s post-honeymoon canoodling, and hand-held cameras track Elsinore’s leaders on all public occasions. No one is ever quite alone in this corrupt kingdom.’